Ik heb twee minuten met de man staan praten. Nu loopt hij tien meter voor me op de parkeerplaats.
Exact op het moment dat de man langs mijn auto loopt, tjoep-tjoep ik ‘m op afstand open.
Hij kijkt om, ziet mij en glimlacht zelfvoldaan: “Saab. Dat dacht ik al.”