Ik ben bij de huisarts. Ik kom niet vaak bij de huisarts. En ook niet graag. Maar nu moet ik. Ik heb een verwijsbrief nodig voor een routinecheck in het ziekenhuis. Niets meer en niets minder. Twee minuten gok ik, los van de wachttijd…
Ik stap de kamer van de huisarts binnen en vraag direct om een verwijzing. Waarom nog meer tijd verdoen? Helaas. De huisarts wil per se waarde toevoegen. Onnodig. En even later sta ik halfnaakt in de spreekkamer. Onnodiger.
“Laat maar eens even kijken.”
Ze kijkt en maakt er geluid bij.
“Hmm. Hmm.”
“Kleed je maar weer aan.”
Wat betekent ‘hmm’? Is er iets mis met me? En waarom zegt ze niks? Weet ze het gewoon niet? Neemt ze haar beroepsgeheim niet een tikkie te serieus?
Zij krabbelt wat op een briefje. Ze zwijgt erbij. Ik probeer mee te lezen, maar het lukt niet. Een typisch artsenhandschrift. Het briefje verdwijnt in een envelop. En dan krijg ik ‘m pas in handen.
Waarom? Hallo! Hier ben ik! Zeg eens wat! Wat is er in godsnaam zo geheim?
Ze staat op en schudt me met een glimlach de hand.
“Tot ziens.”
Ik kijk haar aan. En ik zeg niks. Mijn beurt. Lekker puh.