Na negen moet je de beslissing nemen. En dat is verneukeratief. Want dat is net voor je hoogtepunt stoppen. Bij mij althans. Maar nog eens negen…?
Golf. Iemand heeft ooit bedacht dat er achttien holes zijn, opgesplitst in twee keer negen. Ik vind dat onhandig. Negen is mij te kort, achttien te lang.
De eerste drie heb ik nodig voor een hernieuwde kennismaking tussen mijn ogen, clubs en de bal. Een opvallend vergeetachtig stel bij elkaar.
En dan loopt het. In een opwaartse lijn richting hole negen. Bijna zo soepel als de heupen van een volleerd salsadanseres. En dan staat daar het bord. Net voor het hoogtepunt van mijn golfcurve. Linksaf naar het clubhuis. Rechtsaf naar hole tien.
Verneukeratief dus. Want ik ben net lekker bezig. En dat smaakt naar meer. Maar ik weet ook… die curve die gaat straks net zo hard weer naar beneden. En als het dan misgaat, sta ik mijn clubs te verbuigen ergens op hole veertien. In niemandsland, kilometers verwijderd van het clubhuis.
Ik wil stoppen op mijn hoogtepunt. Ik wil twaalf holes. Niet meer en niet minder.