De grens. Tussen Mexico en Belize. Uit het niets. Wachtposten, kantoortjes, chaos. De brief van Europcar bij de hand. Daar draait het allemaal om. Zonder brief kom je Belize niet in met een huurauto. En dat we een huurauto hebben, ziet iedereen meteen. Daar hebben ze in Mexico speciale nummerplaten voor.
Daar sta je. Op een terrein met slagbomen, kantoortjes en wachtposten. Het hokje rechts, dat lijkt een logische plek om te beginnen. Stempels moet ik hebben. En stempels kosten geld. 100 pesos per persoon om precies te zijn. Om Mexico uit te mogen.
En als we nou waren doorgereden? Zonder ‘het hokje’ te consulteren?
Nu zitten we in niemandsland. En weer moeten we stoppen. En stoppen betekent betalen – ik leer snel. De verzekering voor Belize. Voor de auto welteverstaan. Inderdaad weer betalen. Deze had ik ingecalculeerd.
Een mannetje regelt het wel even voor ons. Ja ja… en dan straks weer… betalen. Precies! Een week verzekering kost $ 29 BZ. Maar Belizean dollars heb ik niet op zak. En de koers ken ik ook niet. Niet handig. Nu ben ik aan de oprechtheid van onze regelneef overgeleverd. En zo oprecht komt hij niet over. Hij maakt er één op tien van tegen de Mexicaanse peso. Dat is dan 290 pesos alstublieft. Oh ja… “plus cost for spraying the car and my tip.” Sorry, spraying the car? “For bugs.” Natuurlijk. Die beestjes die anders zelf bij de grens stoppen. Doe maar gewoon die verzekering. En inclusief tip rond je het maar af op 250 pesos. Licht schoorvoetend gaat hij akkoord. En wij hebben de benodigde verzekeringssticker.
Kunnen we nu eindelijk?
Nou… regelneef wil wel met ons meerijden om het sprayen en de douane te regelen. Ik ben wel klaar met ‘m. “Thanks, but no thanks. I’ll manage.” Op naar de volgende horde.
De douane. De neef van regelneef wacht ons op.
“I’ll carry your bags.”
“Did you have your car sprayed?”
“You need an orange receipt.”
“Customs is right over there.”
Op dit punt raak ik licht geïrriteerd. Ik spreek mezelf toe – dit hoort bij de cultuur, ze doen de dingen nou eenmaal anders dan in Nederland, dit is ook onderdeel van de vakantiebeleving,… Het helpt. Ik bedank de neef van regelneef hartelijk voor zijn aangeboden diensten.
De douaneman kijkt serieus. En hij is heel goed met stempels. En ik ben gek op stempels in mijn paspoort, dus ik mag hem wel. Over een ‘orange receipt’ voor ongediertebestrijding hoor ik hem niet. De tassen hoeft hij trouwens ook niet te zien. Bijna waterdicht hier.
Alleen al de logistieke opzet is bijzonder (lachwekkend). Je loopt niet dóór de douane, maar erin en eruit. Zonder rijen, zonder enig systeem. Dus wie ze wel en niet hebben gecheckt kunnen ze onmogelijk bijhouden.
De ingang weer terug uit, auto in en dan het laatste punt: de feitelijke grens met Belize. Hij kijkt, hij wuift. We zijn er.
Zonder ‘orange receipt’. Voelt toch een beetje als een overwinning.
soort moscow registration…Mocba all over again 😉
Mocba all over again… mooi onderwerp voor een nieuw verhaal!